Het zegel der gemeente Klimmen in de Maasgouw (maart 1906)

 


Zegel der gemeente Klimmen.
-
24 December 1903
          n° 8.

        Wij Wilhelmina, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassauw, enz., enz., enz.

    Beschikkende op het aan ons ingediende verzoekschrift van het gemeentebestuur van Klimmen, provincie Limburg, om verleening van een eigen wapen aan die gemeente, volgens overlegd model, en om vrijstelling van de deswege verschuldigde taxe.
    Gelet op het besluit van den Souvereinen Vorst van 24 December 1814, N° 32, en op de Koninklijke besluiten van 20 Februari 1818, N° 69, en 3 Januari 1818, N° 91;
    Op de voordracht van Onzen Minister van Justitie van den 17 December 1903, Afd. A. S., N° 177;
Hebben goedgevonden en verstaan:
    1° aan de gemeente Klimmen, provincie Limburg, te verleenen het navolgende wapen, zijnde: gevierendeeld I en IV in azuur negen leliën van goud, geplaatst in drie rijen van drie; II en III in goud een dubbele adelaar van sabel, geklauwd en getongd van keel, de beide koppen omgeven door een kring van goud, de adelaar overtopt door de keizerlijke kroon van goud; over alles heen, als hartschild van dit wapen, (hetwelk is dat der voormalige Benedictijnen-abdij van Rheims), het wapen der Heeren van Valkenburg, zijnde in zilver een dubbelgestaarde leeuw van keel, gekroond en geklauwd van goud; het schild gesteund door de daarachter geplaatste figuur van den H. Remigius, staande op een grasgrond, met gelaat en handen van natuurlijke kleur, gekleed in een bisschoppelijk gewaad van zilver, waarover een met gouden kruisjes versierd pallium van zilver, het hoofd gedekt door een mijter van zilver met een kruis en omboordsel van goud en omgeven door een nimbus van hetzelfde: de Heilige houdt in de opgeheven rechterhand de heilige ampulla van goud waarboven zweeft de legendarische duif van zilver volgens de liturgische voorstelling, en in de opgeheven linkerhand een bisschopsstaf van goud;
    2° aan voornoemde gemeente vrijstelling te verleenen van de terzake dezer wapenverleening verschuldigde taxe.
    Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
    's Gravenhage, den 24 December 1903.
                                    (get:) WILHELMINA.

    De Minister van Justitie,
        (get.) J. A. Loeff.

                                Overeenkomstig het Oorspronkelijke,
                                     De Secretaris-Generaal bij het
                                        Departement van Justitie,

                                             (get.) P. J. v. BEIJMA.
                                        Voor eensluidend afschrift,
                                De Secretaris-Generaal voornoemd,
                                                 P. J. v. BEIJMA.

 

De Maasgouw bevindt zich in het Centre Céramique (stadsbibliotheek) te Maastricht


Klik hier om terug te keren naar de geschiedenis van Klimmen

 

© 2009 W. Leunissen